Renault 19 16V – Met deze hot hatch werd einde turbotijdperk ingeluid

Renault 19 16V - Met deze hot hatch werd einde turbotijdperk ingeluid

Snelle Renaults luisteren naar de naam Turbo of Alpine. Tot ver in de jaren 80 leek dit een ongeschreven wet te zijn. Deze wet werd onder leiding van voormalig Alpine-coureur Jacques Cheinisse echter ongedaan gemaakt: eind 1983 werd het X53-project gelanceerd, dat uitmondde in de Renault 19. Projectmanager Cheinisse introduceerde Renaults eerste 16-kleppenmotor. In die tijd spraken het brandstofverbruik, de uitlaatemissies en de kosten niet in het voordeel van turbo’s, maar in het nadeel. Als basis voor de krachtbron diende de goede oude Cléon-Fonte motor, een ontwerp uit 1962 dat was vernoemd naar de motorenfabriek waar hij het levenslicht zag. Van deze motorfamilie waren er in 2004 maar liefst 27 miljoen exemplaren van gebouwd.
Renault, voorheen een turbo-expert, introduceerde de 16V-motor met natuurlijke aanzuiging in 1990, de motorcode was F7P.
140 pk zonder kat, met kat 135
Voor de Renault 19 werd de 1.721-cc motor een millimeter uitgeboord en werd de vierkleps kop met twee nokkenassen toegevoegd. Het resultaat: 1.764 kubieke centimeter cilinderinhoud en een vermogen van 140 pk zonder kat en 135 pk in de katalysatorversie zoals de testauto. Dat is 30 pk meer dan het Renault 11-topmodel 1.4 Turbo, maar het koppel lag dan weer 5 newtonmeter lager.  De karakteristieken van de auto die we rijden zijn hetzelfde als toen: erg brommerig onder de 1.500 toeren, daarna maakt hij op onopvallende wijze toeren. Iets boven de 4.000 tpm zijn een lichte extra boost en een agressieve ondertoon waarneembaar. Tot 6.000 tpm haalt hij stevig door, vanaf daar tot 7.000 tpm blijft het vermogen min of meer gelijk. Een typische 16V dus. De koppeling voelt  zwaar aan, de versnellingspook is echter precies door de verzetten te loodsen. De besturing: directer dan je bij een Renault zou verwachten. Hij rondt de pylonen met licht onderstuur, en alleen in het laatste stukje van de elandtest komt er een beetje beweging in de achterkant.

Renault 19 voelt heel solide aan
Ook al zijn de materiaalkwaliteit en de afwerking in detail niet van topniveau: met zijn solide in het slot vallende portieren en de goede isolatie klinkt en voelt hij heel degelijk aan. Hij komt hoogwaardig en duur over, als een sedan die zowel comfort als sportiviteit wil bieden. Jacques Cheinisse had de Golf als maatstaf gesteld – en dat voel je in de Renault 19. De ophanging van de testauto is iets straffer afgesteld dan gewoonlijk, wat helemaal niet bij hem past, hij doet stoterig aan op oneffenheden en dempt iets minder goed dan je verwacht. Kortom, deze 19 maakt zeker niet alle vooroordelen die er bestaan ten opzichte van Franse auto’s waar.



Bron: AutoWeek