Met dit rijdende ufootje werkte Renault toe naar de Scénic

Met dit rijdende ufootje werkte Renault toe naar de Scénic

Het zou onterecht om in dit verband, bij de beschrijving van de compacte (of midi-) MPV dus, voorbij te gaan aan de Nissan Prairie. Voor de beeldvorming: een hoekige Japanse auto uit begin jaren tachtig, met bescheiden afmetingen voor lengte en breedte en een contrasterend hoog dak. Dat laatste was op zich al bijzonder. Het werd nog bijzonderder, want die gekke Nissan bleek in plaats van achterportieren een set heuse schuifdeuren te hebben. Bovendien schitterde – met alle deuren geopend – de B-stijl door afwezigheid. Een leuk concept, dat niettemin bar weinig navolging kreeg.

En toen was daar in 1991, op de IAA in Frankfurt nota bene, ineens Renault met zijn concept-car Scenic. Let wel, de naam werd nog geschreven zonder accent op de letter e, waardoor de naam nog als ‘sienik’ werd uitgesproken. Bij de introductie van het seriemodel in 1996 verscheen het accent alsnog en werd het Scénic, uit te spreken als ‘seeniek’. Tja. De naam is trouwens niet helemaal uit de lucht gegrepen, maar staat voor Safety Concept Embodied in a New Innovative Car. Zo wilde Renaults toenmalige designchef Patrick le Quément de wereld althans doen geloven.
Ivo Groen als stagiair  gewerkt aan Scenic
Ivo Groen, de huidige designbaas van Lynk & Co en columnist van AutoWeek Classics, herinnert zich: “In de zomer van 1988 liep ik stage bij Renault Style Avancé in Nanterre. Dat gaf mij de mogelijkheid om de eerste versie van het 1/5-schaalmodel van de mini-MPV te gebruiken voor mijn stageproject. Omdat de Renault-designers verwikkeld waren in een competitie voor de toekomstige Alpine – een van de vele pogingen die uiteindelijk niet doorging – doopte ik mijn MPV ‘Alpine’, met schuifdeuren en een sportieve twist. Het kleimodel heb ik gepresenteerd aan Patrick le Quément. Hij vond het wel interessant, maar vond de achterkant te extreem en te ‘hol’. ‘Alsof je in een citroen bijt’, zei hij. Later heeft hij Anne Asensio gevraagd de ‘juiste’ modificaties door te voeren en dat werd de Scenic-concept-car van Frankfurt. Een paar jaar later was Anne de designmanager van de productieversie van de Scénic. Als jonge moeder legde ze op televisie uit dat deze MPV door een vrouwelijke ontwerper voor jonge moeders was bedacht. Toen Wayne Cherry van General Motors hoorde over deze coole vrouwelijke ontwerper plukte hij haar weg bij Renault en bood haar het tienvoudige salaris van wat ze bij Renault kreeg …”
Renault was met Espace MPV-pionier
Renault was begin jaren 90 een Grote Naam in de markt van de ‘ruimtewagens’, die het samen met Chrysler (Voyager) zo’n beetje had ontgonnen. De Espace gold als gewaardeerde reisgenoot voor grote gezinnen en andere gezelschappen, en op basis van daarvan zou de Scenic als kleinere broer wel eens een grote rol als het slimme alternatief kunnen gaan spelen, zo was de opinie anno 1991. Een gedachte die helemaal is uitgekomen.
Scenic uiteindelijk op basis Mégane
Dat geldt niet voor de destijds door Renault geuite voorspelling dat het merk in 1996 ‘in elk segment’ een ruimtewagen zou kunnen aanbieden. Dat de Scenic een ruimte-variatie op de Renault 19 zou worden, klopte evenmin, maar alleen omdat dat model toen al was vervangen door de Mégane. Wanneer we nu zowel de concept car Scenic als het seriemodel Mégane Scénic tegen het licht houden, blijkt dat Renault hun visie uit 1991 redelijk goed overeind heeft kunnen houden.

Het uiterlijk veranderde in detail weliswaar flink, maar de contouren en afmetingen komen goed overeen. Helaas werden enkele leuke features van de Scenic niet (of pas veel later) toegepast in de praktijk. Zoals daar zijn: een systeem dat de bestuurder waarschuwt als deze volgens de auto in slaap dreigt te sukkelen, een aan de dakrand scharnierende ruitenwisser die de gehele ruit bestrijkt en cameraatjes die de omgeving van de auto op een display in beeld brengen – handig bij achteruit inparkeren. Nog een leuke: bediening van de automatische transmissie via een uitneembaar toetsenbordje. Uitneembaar? Ja, want je kunt de auto er op afstand mee starten. Maar niet als de kinderen er al inzitten natuurlijk. De ontwerper: “Een auto waarin het prettig toeven moet zijn. Het is een grote teddybeer.”



Bron: AutoWeek