Toegegeven: voor dat ‘bijna tweemaal zoveel’ moeten we een beetje smokkelen. De zevenzits Dacia Jogger is er als hybride vanaf €30.250, de Renault Espace – altijd een hybride – kost als zevenzitter minimaal €47.490. Uitgaande van de basisprijs is de Renault dus ‘slechts’ 57 procent duurder dan de Dacia. De geteste Espace is echter een compleet afgeladen Iconic en inclusief alle opties hebben we het dan over bijna 58 mille. Kijk, dan kost de hybride Dacia zónder opties dus ineens wel iets meer dan de helft, of minder dan de helft als de Jogger in kwestie geen hybride hoeft te zijn. Voor een zo eerlijk mogelijke vergelijking kiezen we nu voor de hybride, die meteen de enige Jogger is waarin je niet zelf hoeft te schakelen. Daarmee boort Dacia een nieuwe kopersgroep aan, terwijl de Jogger van nature al uniek is. Dat komt door die lage prijs, maar zeker door zijn vorm. In feite gaat het hier immers om een ernstig uitgerekte en opgehoogde stationwagon op basis van de Sandero Stepway, een compacte hatchback. Alsof Volkswagen een zevenzitter zou ontwikkelen op basis van de Polo! Toch is de Jogger bepaald niet krap. Zijn hoge dak, lange wielbasis en verticale achterste leveren een maximale hoeveelheid ruimte op en maken de Jogger met alle banken plat of verwijderd zelfs iets ruimer dan de grotere Espace.
In de Dacia Jogger zit je achterin hoog
Omdat de Dacia geen echte SUV is en een relatief lage vloer heeft, is het interieur als geheel juist hoger. Dat merk je bij het naar binnen stapelen van grote spullen aan de hogere opening, maar het is ook voelbaar in het interieur. De achterbank staat bijvoorbeeld opmerkelijk veel hoger dan de voorstoelen, terwijl zelfs passagiers helemaal achterin nog voldoende hoofdruimte hebben en een redelijk natuurlijke zithouding kunnen aannemen. Bovendien kijken zij door de grote zijruiten en lage schouderlijn gemakkelijk naar buiten.
De achterbank van de Dacia Jogger.
Zo zit je helemaal achterin de Renault Espace.
En zo op de middelste zitrij.
Achterin claustrofobisch in de Espace
In de Espace is dat net even anders. Door de hoge vloer zit je helemaal achterin met sterk opgetrokken benen, terwijl je kruin al snel het dak raakt. Aangezien hier in de praktijk vooral kinderen plaatsnemen, is dat misschien niet eens zo erg. Maar juist met kinderen is het vervelend dat de hoge zijruitjes hier klein zijn, zodat het voor hen al snel een claustrofobisch geheel wordt. Toch wint de Jogger niet op alle praktische fronten? De Espace biedt op de middelste zitrij veel meer comfort en voorziet in een verschuifbare achterbank, zodat je naar keuze de bagageruimte of de beenruimte voor de achterpassagiers verder kunt vergroten. Bij de Jogger staat de bank vast en is de beenruimte op de middelste rij beperkt. Helemaal achterin uiteraard ook, maar voor derde-zitrij-maatstaven valt het daar erg mee.
Helemaal achterin de Dacia Jogger. Valt best mee eigenlijk!
Uitnemen stoelen in Dacia
Dan is er nog de flexibiliteit van de interieurs, heel belangrijk voor gezinsauto’s. De Dacia lijkt drie separate zetels op rij twee te hebben, maar in feite is het een in twee delen neerklapbare achterbank. Behalve de rugleuning kan ook de zitting naar voren klappen, zodat er afhankelijk van de wensen een ruime toegang naar achteren of een groot laadruim ontstaat. Tenminste … als je de achterste zitrij er in zijn geheel uitneemt. Want de Dacia heeft geen ingenieuze wegklapsystemen waardoor de achterste bank altijd in de weg zit, tenzij je hem in zijn geheel thuislaat. Het uitnemen is relatief eenvoudig en de stoeltjes zijn niet zwaar, maar Dacia werkt wel met scherpe en priegelig kleine hendeltjes voor de vergrendeling.
In de Espace mooi weg te werken
Het extra bankje achter in de Espace laat zich op veel gracieuzere wijze keurig wegklappen. Om dat mogelijk te maken is de rugleuning van dit bankje opmerkelijk kort. Slimmer zou zijn geweest om het bankje achterover te laten klappen, waarmee er bij ingebruikname meteen een extra diepe bagageruimte zou zijn ontstaan. Kennelijk was daar de ruimte niet voor, waardoor er nu achter rij drie maar bar weinig ruimte overblijft in de Espace. Ook de Renault heeft in het midden geen losse stoelen, maar de rugleuning van de bank is wel in drie delen neerklapbaar. Het schuifmechaniek werkt bovendien mee als er iemand naar achteren moet kruipen, al is de ‘entry’ daarmee nog altijd niet ‘easy’. De mogelijkheid om vanuit het laadruim met een hendel de middelste bank om te klappen, is prettig. Minder handig vinden we het feit dat je het rolscherm over de bagageruimte nergens kunt verstoppen in de ‘bestelauto-stand’. Dat kan bij de Dacia evenmin, maar van de Espace met al zijn slimmigheidjes hadden we meer verwacht.
Espace eigenlijk opgerekte Austral
Als we de Jogger omschrijven als een opgerekte Sandero, dan is de Espace zéker een langere Austral. Een extra zitrij, 7 centimeter wielbasis en 21 centimeter wagenlengte onderscheiden de twee, dus voorin merk je helemaal niets daarvan. Ook de Espace heeft een zelfs voor dit prijssegment erg fraai interieur, dat modern en sfeervol overkomt, terwijl de bouwkwaliteit weinig reden tot klagen geeft. Daarop is één uitzondering: de kunststoffen achterin trillen mee met het weinig indrukwekkende Bose-audiosysteem. Renault heeft oog voor detail en dat blijkt onder meer uit de met aluminium afgewerkte raamknopjes en het tot ver op de deurpanelen en middenconsole doorgetrokken, fraaie bekledingsmateriaal. Gewoon mooi.
Renault Espace vol weelde en luxe.
De zitpositie bevalt goed, want je kunt als je wilt lekker diep wegzakken in deze SUV. De letterlijk wat te kort schietende middenarmsteun is op dit vlak een klacht, maar het bedieningsgemak is goed voor elkaar. De knoppen op het stuur zijn grotendeels op de tast te bedienen, de knoppen van de klimaatregeling en de stoelverwarming zijn snel bereikbaar en het door Google ontwikkelde infotainment is snel, uitgebreid en zeer handig ingedeeld. De automaatpook zit aan de stuurkolom en hoewel het daar nu wel erg druk is, blijft er zo tussen de stoelen lekker veel ruimte over voor losse spullen. De Jogger heeft hier gewoon een ouderwetse, mechanische automaatpook staan en maakt vanbinnen toch een heel andere indruk.
Dacia Jogger: wel een koude douche als je net uit die volgeladen Espace komt.
Hard kunststof is logischerwijs het favoriete materiaal van Dacia, al zit er nog een randje stof op het dashboard om de boel wat op te fleuren. Door de Sandero-basis voelt de Jogger bovendien opvallend compact en laag en van het SUV-gevoel dat de Espace biedt, is hier totaal geen sprake. Toch is de zithouding ook hier best prettig, oogt het binnenste modern en is de bouwkwaliteit prima. Niets mis mee dus, maar wel een koude douche na die eindeloos veel weelderiger Espace.
Allebei gebruiken ze Renaults complexe hybridesysteem
Onderhuids zijn er grote verschillen tussen deze auto’s, maar ook opvallend veel overeenkomsten. Ze maken allebei gebruik van Renaults complexe, maar unieke hybridesysteem, waarbij een viertraps automaat samenwerkt met een elektromotor met twee versnellingen en zo geheel zelfstandig een passende overbrenging zoekt voor elke denkbare situatie. In de Jogger zit de allereerste verschijningsvorm van deze aandrijflijn, voorzien van een atmosferische 1.6 – oorspronkelijk van Nissan – en 141 pk. Deze aandrijflijn debuteerde ooit in de Clio, maar die compacte Renault kreeg al snel een geüpgradede variant met iets meer vermogen en finesse. Deze oerversie reageert soms wat onverwachts en lijkt zijn toeren vaak te lang vast te houden, al is dat gewoon inherent aan het concept. Vermogen is er genoeg en de Jogger blijkt daadwerkelijk zuinig, en daar gaat het bij zo’n hybride tenslotte om. De Espace gebruikt hetzelfde principe, maar heeft een kleine 1,2-liter turbo-driecilinder in plaats van een turboloze viercilinder. Samen met meer elektrokracht levert dat een systeemvermogen op van 200 pk en dus is het niet gek dat de Espace vlotter is en vlotter voelt dan de Dacia. Hij is bovendien wat verfijnder, al zijn er ook hier soms wat onverwachte schokken voelbaar.
Renault Espace: lekker wendbaar door vierwielsturing.
Het grote verschil zit hem in het geluidsniveau. Dat ligt bij de Espace beduidend lager en dat heeft alles te maken met de geluidsisolatie, waarop Dacia duidelijk bespaart. Hoewel de Dacia lichter is en zeker compacter en lichtvoetiger aanvoelt, is de Renault wendbaarder. Dat heeft alles te maken met de 4Control-vierwielsturing, die de achterwielen bij lage snelheid laat tegensturen en de draaicirkel vanaf de Esprit Alpine-uitvoering verkleint van 11,6 naar 10,4 meter. Het effect van het systeem is duidelijk te merken en best prettig, zeker bij een auto die voor veel Nederlandse situaties toch best fors is. De Dacia voelt nooit groot en is door zijn vierkante koets en grote ramen overzichtelijker dan de Renault.
Het thema ‘veiligheid’ is wel iets om in overweging te nemen bij deze auto. Dat Dacia ook hier geld moet besparen, is op geen enkele manier een schande, maar dat de Jogger minder veilig is dan de Espace is beslist een feit. Dan hebben we het over Euro NCAP-scores, maar eveneens over actieve-veiligheidssystemen aan boord. Die zijn er in de Jogger slechts mondjesmaat, terwijl de Espace altijd meekijkt en je desgewenst op vaardige wijze zelfs het sturen uit handen neemt. Veilig én comfortabel, maar je betaalt er flink voor.
Bron: AutoWeek