Met zijn aanhangwagentje vol communicatieapparatuur en een laadruimte als een klein laboratorium, is de Renault Pangea het gedroomde materieel voor iedereen die ergens op locatie iets te onderzoeken heeft. Dat hoeft niet meteen een verre komeet te zijn, al zou de Pangea met zijn robuuste schoeisel en zo op het oog redelijke grondspeling best raad weten met het ruwe oppervlak van, pak ‘m beet, 67P/Churyumov-Gerasimenko. Wanneer de lancering van deze Renault concept-car in diens geboortejaar 1997 zou hebben plaatsgevonden, dan had de wereld tien jaar later kennis kunnen nemen van zijn bevindingen ter plaatse. In 2007 dus reeds. Mooi getimed, want dat was meteen het laatste volle productiejaar van de auto die uit de Pangea zou voortkomen, de eerste generatie Kangoo. Natuurlijk was die guitige bestelauto annex Ludospace (een door de Fransen verzonnen autosoort: een combinatie van compacte bestelauto en eenvoudige MPV) al lang en breed klaar toen de Pangea werd gepresenteerd. De concept-car moest alleen nog even het publiek opwarmen, als een supporting act die optreedt alvorens de artiest verschijnt waarvoor je je toegangskaartje had gekocht.
Natuurlijk een antwoord op de Berlingo en Partner
Het publiek was destijds echter al opgewarmd. Wat heet: het was met blosjes op de wangen bezig om de conceptueel identieke Peugeot Partner en Citroën Berlingo hartstochtelijk in de armen te sluiten. De Pangea kon hoogstens voorkomen dat geïnteresseerden massaal hun handtekening onder het koopcontract van zo’n deksels handige, no-nonsense bestelauto-met-ruiten-en-achterbank bij de merken van PSA zouden plaatsen. Zelf verkocht Renault op dat moment alleen de Express, die tot en met de portieren een wat kale Renault 5 was en daarachter een kleine bestelwagen – naar het concept van R4 en de Besteleend. Dit was duidelijk geen partij voor de Berlingo/Partner, zowel wat betreft ruimte als comfort.
Samenwerking met Philips
Een nadere beschouwing van de Pangea leert dat Renault er de samenwerking voor heeft gezocht met Philips. Dit verklaart de grote hoeveelheid communicatie-apparatuur in de laadruimte en in de aanhanger. De auto was niet bedoeld voor de bestudering van sterren en planeten, maar juist van de bodemgesteldheid en andere milieutechnische aspecten in afgelegen gebieden, voor zover je die met uitsluitend voorwielaandrijving (en medeneming van een lijvige aanhanger) zou kunnen bereiken tenminste. Wel leuk, dat gelijkvormige karretje achter de auto, omdat het van de Pangea met een beetje fantasie een mooie 6×6 zou kunnen maken.
Pangea was al een elektrische Kangoo
De belangrijkste innovatie uit eigen huis was dat Renault de Pangea reeds voorzien had van elektrische aandrijving. De elektromotor werd gevoed door accu’s of door een gasgestookte generator. Het is achteraf mooi om te zien dat het aandrijfconcept geen losse flodder was, maar dat het, mede in de Kangoo, tot serieproductie heeft mogen uitgroeien.
Bron: AutoWeek