Renault 5 Turbo 3E is exclusief drift- en trackdaykanon met 4.800 Nm

Renault 5 Turbo 3E is exclusief drift- en trackdaykanon met 4.800 Nm

Natuurlijk verwijst dat getal naar het jaartal dat de eerste Renault 5 Turbo op de markt kwam. De Turbo 1, met zijn excentrieke interieur van Marcello Gandini, wat later door een normaal Renault 5-interieur werd vervangen in de Renault 5 Turbo 2. Die had ook niet de aluminium spoilers en lijsten langs het dak, zodat de Turbo 2 wat toegankelijker werd qua prijs.

Nu is er dus de Turbo 3E, waarbij de letter E staat voor elektrisch. Net zo min als de oer-Turbo onderhuids nog iets had te maken met de gewone 5, staat de Turbo 3E ook heel ver af van de R5 E-Tech Electric. In een aluminium chassis zit een 70-kWh accupakket. Daaroverheen komt de carrosserie van carbon composiet. De neus lijkt sterk op die van de restomod concept voor de R5 Turbo 3E die al in 2022 werd getoond. Een front dat sterk op dat van de oer-5 lijkt, maar compleet verschilt met dat van de nieuwe elektrische 5. Alleen de voorruit, de spiegels en de achterlichten zijn uitwisselbaar. 

Alle gaten bovenop de neus en in de bumper zijn functioneel. De Turbo 3E is maar 1,38 meter hoog, maar wel 4,08 meter lang en 2,03 meter breed. Supercarachtige proporties vertaald naar een ultra hete hatchback. De 20-inch wielen lijken groter dan ze zijn. De plaatjes die in het hart zitten moet je eraf halen wanneer je het circuit opgaat, om de koeling te verbeteren. Je denkt misschien dat het centerlock wielen zijn, maar dat is optisch bedrog. Er zit een plaatje over de normale wielbouten. Driehoekige draagarmen rondom zorgen voor het contact met de weg. 

4.800 Nm, per achterwiel een elektromotor met 2.400 Nm en 200 kW
In de achterwielen zitten de elektromotoren waarmee dit de eerste auto op de markt lijkt te gaan worden met die techniek. Het vermogen van 540 pk is naar huidige elektrische maatstaven niet eens veel. Het koppel wel, bij elektromotoren in de wielen vliegen de newtonmeters je om de oren. In totaal 4.800 Nm moet de R5 Turbo 3E in minder dan 3,5 seconden van 0 naar 100 laten knallen, en de topsnelheid ligt boven de 270 km/h. Zeker aan het acceleratievermogen wordt de komende twee jaar gewerkt. Dus reken maar op 3 seconden rond of zelfs nog sneller. Maar snelheid in rechte lijn wordt niet de onderscheidende factor van de Turbo 3E. Vier rijstanden, waaronder een driftmodus moeten de bestuurder helpen zo veel mogelijk plezier aan de bijzondere 5 te beleven. Ondanks het grote accupakket blijft het gewicht onder de 1.450 kilo, wat voor een auto met 70-kWh batterijcapaciteit netjes is.
 

Hydraulische handrem voor drifts
De Turbo 3E krijgt een hydraulische handrem die je kunt bedienen met zo’n enorme drifthendel op een hoge middentunnel die door het interieur loopt. Het scherm voor de bediening en info zijn van de normale R5, het stuur van de Alpine A290. Waarom het geen Alpine is? Omdat de oer-Turbo ook boven de 5 Alpine in het gamma stond. Voordat de dikke Turbo er was, bestond er al een opgepepte 5 met de naam Alpine, uiteindelijk kreeg die versie ook een turbo maar hij stond met zijn smalle, normale koets en lagere vermogen in de schaduw van de Turbo 1 en 2. 

De Renault 5 Turbo 3E leent wel het scherm voor de multimedia van de normale 5. De stoelen doen met hun H-vorm sterk denken aan die van de oer-5 Turbo.
5 Turbo 3E na twintig minuten knallen snelladen
Dit wordt een driftkoning, een duur speleding voor welgestelden, die ook zo nu en dan een trackday bezoeken. Dan kun je de beloofde actieradius van meer dan 400 kilometer uit je hoofd zetten. Na twintig minuten knallen op een circuit zul je de snellader even moeten opzoeken, die dan via 350-kW DC-lader van de auto weer genoeg energie in de cellen kan pompen. Waarschijnlijk zijn je banden voor die tijd al aan gort gereden. De 275 millimeter brede achterbanden verslinden vast binnen no-time de opbrengst van een bos vol rubberbomen. De accu met 800-Volt technologie laad je op via een laadpoort die achter de luchtinlaat aan de linkerkant is verstopt. 
Mini supercar
Zie de Turbo 3E als een soort mini supercar en niet als een elektrische hot hatch. Het wordt een tweezitter met standaard een rolkooi achter de voorstoelen. Er komt wel aardig wat bagageruimte beschikbaar, het accupakket zit laag in het aluminium chassis alle regelunits voor de elektromotoren in de wielen zitten onder de vloer. In de restomod Turbo van 2022 was dat nog anders. Die was na de opdracht van de grote baas De Meo in 8 maanden ontwikkeld, en hij was bedoeld als een soort drifter die zo uit een racegame was weggereden. De enorme achterspoiler die dat speleding kenmerkte zien we nog niet terug op de auto die we in de fabriek in Flins nabij Parijs te zien krijgen maar er zijn wel plannen om die alsnog te gaan aanbieden op de toekomstige R5 Turbo 3E. Enthousiasteling Luca de Meo zal het alleen maar aanmoedigen. Onder zijn bewind waait er een frisse wind bij het merk, waarbij retroversies als de 4 en 5 elektrisch rijden extra aantrekkelijk moeten maken en die ook leidt tot een terugkeer van de vrolijke Twingo, die als elektrische auto voor €20.000 de boel in de klasse van de betaalbare EV’s gaat opschudden. De Meo is daarnaast dol op het oprichten van submerken, zo deed hij dat met Abarth in zijn Fiat tijd, en met Cupra in zijn Seat-jaren. Je ziet het nu met Alpine bij Renault wederom gebeuren. Dat was er natuurlijk al wel bij zijn aantreden in 2020 maar het merk wordt groter en groter met de A290 en A390.

Vanaf voorjaar 2026 kun je Turbo 3E bestellen
Over een jaar gaan de orderboeken open en kunnen de kopers zelfs kiezen welk nummer ze van de 1.980 exemplaren ze willen. Een prijs wordt nog niet officieel gecommuniceerd maar reken op minimaal €150.000. 



Bron: AutoWeek