Met de Renault Scenic E-Tech Electric als een slak door Frankrijk

Met de Renault Scenic E-Tech Electric als een slak door Frankrijk

Frankrijk kent een van de beste snelwegnetwerken van Europa en voor wie haast heeft, is de péage natuurlijk een zegen. Maar wie oud genoeg is (of wiens ouders krenterig genoeg waren) om zich de lange, trage reis over de Route Nationale nog te herinneren, zal het met ons eens zijn dat de RN6 en RN7 een romantiek hadden waardoor de reis minstens zo leuk was als de bestemming. Gelukkig zijn lang niet alle oude wegen overdekt met tol-asfalt en krijgen we dankzij de relatief beperkte actieradius van elektrische auto’s een excuus in de schoot geworpen om oude tijden te doen herleven. Een slap excuus weliswaar, want we maken de reis met de Renault Scenic E-Tech in de long range-uitvoering en die is volledig autoroute-fähig. 450-475 kilometer op een volle accu zit erin. Maar kom, laten we de feiten een mooi verhaal niet doen verpesten. En route!

De tijd viel stil op de RN7 net als bij Route 66
Toegegeven, de vergelijking met de Route 66 is misschien wat vergezocht, maar toch … Ook voor de Franse Route Nationale 7 verliepen bloei, ondergang en wedergeboorte op vrijwel identieke wijze als die van de Amerikaanse Mother Road. Zowel Chuck Berry als Charles Trenet bezong de idyllische reisromantiek van dit soort historische wegen, maar het kon de teloorgang niet voorkomen. In Amerika was het de aanleg van de Interstate Highway die de Route 66 op een zijspoor deed belanden; in Frankrijk werd de tijdrovende RN7 niet veel later de das omgedaan door de veel snellere Autoroute du Soleil. Vervolgens deed het proces van de vergankelijkheid zijn werk onder de hotels, restaurants en garages langs de route. De tijd viel er stil, terwijl in de rest van de wereld de klok gewoon doortikte.

Historische verbinding Parijs-Middellandse Zee
Decennialang lag de historische verbinding tussen Parijs en de Middellandse Zee er verwaarloosd bij, maar rond de eeuwwisseling vond plots een kentering plaats. Ook daar weer de analogie met de Route 66: pas nadat een aantal Amerikaanse schrijvers en artiesten in de jaren 50 aan de alarmbel begon te trekken, kwamen de autoriteiten in actie om de oude coast-to-coast-verbinding in ere te herstellen. In Frankrijk duurde het wat langer alvorens men het historisch erfgoed naar waarde begon te schatten, maar uiteindelijk is men ook daar de schoonheid van het verval beginnen in te zien. Parallel met de heropleving van allerlei andere nostalgische trends, ontstond langs de RN7 een tegenreactie op de dwangmatige jachtigheid van het vakantiegevoel. Slow food, slow living, slow travel: dat waren de nieuwe reismantra’s. Met andere woorden: op een sukkeldrafje door Frankrijk was opeens weer hip. Stukje bij beetje zag je de Route Nationale weer overeind krabbelen: historische tankstations werden opgeknapt, verkrotte hotels en restaurants gerenoveerd, musea heropend.

Op péage 22,6 kWh/100 kilometer, op Route Nationale 16,7
Hij mag dan een anachronisme vormen op dit oude asfalt, de nieuwe elektrische Renault Scenic is er helemaal op zijn plek. In serene rust glijdt hij over de RN, als ware het een 3D-bioscoop waar een film over de oude weg draait. Het onderstel is comfortabel, de besturing discreet, maar niet te afstandelijk. Bij vertrek uit Nederland, volledig opgeladen, beloofde de boordcomputer 524 kilometer. Dat moet ons in elk geval een stuk in de buurt van Parijs brengen. Dat deel doen we over de snelweg, om voorbij de hoofdstad de reis voort te zetten over de binnenwegen. Op de péage, de cruisecontrol op 130 km/h, verbruikt de auto 22,6 kWh/100 km. Op de Nationale heeft hij genoeg aan 16,7 kWh/100 km. Alleen dat is al een goede reden om binnendoor te gaan.
Via Agrippa in nog vroeger tijden
Historische routes ontstaan niet zomaar en ook de geschiedenis van de RN7 is de voetafdruk van tweeduizend jaar beschaving. Reeds voor het begin van onze jaartelling liep de huidige route over exact hetzelfde traject als de Romeinse Via Agrippa. De Triomfboog van Orange en het aanpalende Romeinse theater zijn tastbare herinneringen. De hedendaagse RN7 stamt uit 1811, toen Napoleon Bonaparte de Route Impériale 8 liet aanleggen tussen Rome en Parijs. In 1824 werd op basis van dit traject de N7 gecreëerd.
Zoals alle nationale routes van Frankrijk begint ook de RN7 bij het zogenaamde point zero voor de Cathédrale Notre-Dame de Paris; de bronzen windroos die het geografische middelpunt van Frankrijk bepaalt. Maar de rommelige eerste 70 km van La Région Parisienne kun je rustig overslaan. La France Profonde, het mooie rurale Frankrijk begint pas in de buurt van Fontainebleau. Even verderop ligt al meteen een van de allermooiste zij-uitstapjes: Le Pont Canal in Briare; een architectonisch meesterwerk van Gustave Eiffel, misschien nog wel indrukwekkender dan zijn toren.

Veel dodelijke ongevallen op RN7: Route de la Mort
Vanwege de vele dodelijke ongevallen stond de RN7 eveneens bekend als de Route de la Mort – de dodenweg. Die bedenkelijke reputatie heeft de RN7 nog steeds: ondanks alle snelheidsbeperkingen en alcoholcontroles is het tweebaanstraject nog steeds verantwoordelijk voor bijna twintig procent van alle dodelijke verkeersongevallen in Frankrijk. Ook menig beroemdheid werd slachtoffer van deze weg.

Zo voltrekt zich in de vroege zondagochtend van 28 april 1985 net voorbij Maltaverne een gruwelijk ongeval. De gevierde zanger Sacha Distel en de minstens zo populaire actrice Chantal Nobel zijn op de terugweg na een televisieoptreden in Parijs. Distel bestuurt zijn zilvergrijze Porsche 924 Carrera GT, Nobel zit naast hem. In de flauwe bocht naar links verliest Distel de macht over het stuur en de slippartij die daarop volgt, eindigt met een doffe klap tegen een betonnen telefoonpaal. Distel is slechts lichtgewond, maar de bijrijderskant van zijn wagen zit volledig in elkaar en de bewusteloze Nobel moet uit het wrak worden gezaagd. Drie weken ligt ze in coma, waarna ze te horen krijgt dat ze de rest van haar leven invalide zal blijven. Haar glansrijke carrière is voorbij en ze klaagt Distel aan. Die wijst alle schuld af en beweert rustig te hebben gereden en te zijn uitgegleden op, zoals hij het zelf verwoordt, ‘de witte, geplastificeerde verdrijvingsvlakken, die bij regen zo glad worden als olievlekken’.
Nobel heeft heel andere herinneringen aan de rit die aan het einde van haar loopbaan voorafging. Volgens haar reed Distel als een gek, minstens 150 km/h. Ze zegt hem diverse keren tevergeefs hebben gesmeekt het wat rustiger aan te doen. De rechter vindt haar versie van de gebeurtenissen een stuk aannemelijker en veroordeelt Distel tot een jaar voorwaardelijke celstraf.
Ironisch noodlot
Nog erger loopt het af op maandagmiddag 4 januari 1960. De schrijver en filosoof Albert Camus zit naast zijn vriend Michel Gallimard, eveneens schrijver, in diens Facel Vega FV3, op de terugweg naar Parijs na een feestelijke jaarwisseling in het zuiden. Op de achterbank zien Gallimards vrouw Janine en stiefdochter Anne de oude bomen aan zich voorbij vliegen. Plotseling verliest Gallimard de macht over het stuur en vouwt de Vega zich om een van de bomen. De dames worden uit de auto geslingerd en raken gewond, Camus is op slag dood en Gallimard overlijdt vijf dagen later in een Parijs ziekenhuis aan zijn verwondingen. Het is ironisch dat Camus aanvankelijk per trein naar Parijs zou reizen, maar op het laatste moment besloot bij de Gallimards in te stappen.

Aangenomen wordt dat een klapband het ongeluk heeft veroorzaakt, maar complotdenkers geloven dat de auto is gesaboteerd door de KGB, omdat Camus zich nogal eens anticommunistisch uitliet. Feit is dat het tragische ongeval de reputatie van Facels veiligheid een flinke knauw bezorgt.
Eigenlijk kun je met stellige zekerheid beweren dat de Route Nationale 7 zijn reïncarnatie grotendeels te danken heeft aan striptekenaar en historicus Thierry Dubois, die decennialang strijd voerde voor het behoud van zijn geliefde binnendoorroute: “De aanleg van de Autoroute du Soleil begon eind jaren 50 en nam ongeveer vijftien jaar in beslag. Maar zelfs na de voltooiing bleven de verkeersproblemen op de RN7”, verklaart Dubois, voor wie de promotie van de RN7 inmiddels een voltijdse baan is. “De jaarlijkse dodentol op de belangrijkste noord-zuid verbinding van Frankrijk was medio jaren 60 schrikbarend hoog. Vrachtwagens bleven gebruik maken van de tolvrije parallelweg, met alle gevolgen van dien. In Lapalisse in de Auvergne moesten de inwoners twintig jaar lang protesteren om de aanleg van een rondweg af te dwingen, maar toen die in 2006 uiteindelijk in gebruik werd genomen, viel meteen ook de belangrijkste bron van inkomsten weg.”

Laatste file met klassiekers
Van de ene op de andere dag dreigde Lapalisse op hetzelfde noodlot af te stevenen als al die andere spookdorpen langs het oude traject. Dubois: “Toen de nieuwe weg officieel werd geopend, werd ik verzocht om een leuke insteek te bedenken die de haat-liefde-verhouding met de RN7 symboliseerde. Als ludieke grap hebben we toen de laatste file van Lapalisse georganiseerd, met tweehonderdvijftig oldtimers die in beide richtingen de jarenlange verkeerschaos nog eens dunnetjes overdeden. Dat werd zo’n succes dat ‘l’embouteillage de Lapalisse‘ inmiddels is uitgegroeid tot de grootste oldtimermeeting van Frankrijk. Aan de laatste uitgave namen ruim duizend klassieke auto’s en motorfietsen deel en werd Lapalisse overspoeld met ruim 100.000 toeschouwers. Hoe bizar het ook mag klinken: Lapalisse heeft zijn huidige bestaansrecht met terugwerkende kracht nog steeds te danken aan de Route Nationale 7.”

Door de revival van de route beginnen steeds meer lokale overheden het belang ervan in te zien. Zowel historisch als economisch, want met de heropleving van de RN7 is er weer een sprankje hoop om de dramatische leegloop van het Franse platteland een voorzichtig halt toe te roepen. Het grappige is dat de legendarische binnendoor-route die destijds gehaat werd om zijn talrijke opstoppingen, nu weer volledig omarmd wordt vanwege zijn bouchons. Lekker oververhit in de file is immers het centrale thema waarop alle oldtimerfestivals langs de RN7 zijn gebaseerd.

Opladen in Frankrijk
De slechte naam van de Franse laadinfrastructuur zou je wellicht ervan kunnen weerhouden deze reis per EV aan te gaan, maar we ontdekken al gauw dat het de laatste tijd hard is gegaan. Het aantal AC-laadpunten is inderdaad nog niet best, maar met de juiste app (wij gebruikten Chargemap) vind je in bijna elk gehucht wel een snellader, meestal bij een supermarkt. Zolang de Fransen nog niet massaal aan de EV gaan, is die DC-lader bijna altijd vrij. Langs de snelwegen is het aanbod snelladers inmiddels riant.



Bron: AutoWeek